Recept van de week: Winternasi

vr 21 oktober 2016

schermafbeelding-2016-10-21-om-16-51-43

 

Voor de liefhebbers van de Méditerrane keuken (alleen vandaag even niet): het is weer vrijdag, dus tijd voor een kersvers recept. Niet echt ingewikkeld en ook met ingrediënten die in Nederland en België verkrijgbaar zijn, te maken.
Alle recepten zijn bedoeld voor 4 personen.

 

“Ben even naar de markt!” riep ik naar de echtgenoot vanuit de deuropening.
“Goed plan”, riep hij terug, “neem een doosje sigaren voor me mee.”
Markt…, sigaren? Tuurlijk. Markt = dorp = tabac. Logisch.
Het dorp was doodstil, zeg maar gerust doods. Het café was dicht, de bakker en de slager ook, net als de ‘snack’, de pizzeria en het tussen-de-middageethuisje. ’Congé annuel’, jaarlijks verlof. Op het lokale marktje naast de lege boulesbaan, leek het zieltogen verdeeld tussen de karig voorziene groentenkoopman, twee gedateerde hippies met kralenrommel en Indiase katoentjes, en de Vietnamese loempiaman die slechts op bestelling bereid was wat ‘rouleaux de printemps’ vanuit de koelkast naar de magnetron halverwege de lege schapjes te verhuizen. Meer reuring was er niet, zelfs visboer waarvoor ik kwam had verstek laten gaan. Dan niet.
Ik haastte me naar de tabac, waar de tabagiste vanachter de spookachtig bedoelde Halloweenversieringen over het uitgestorven dorpspleintje uitstaarde. “Geen congé?” vroeg ik belangstellend. “Non”, verzuchtte ze, “de zaken gaan te slecht, ’t is wel herfstvakantie, maar m’n moeder past op de kleine.” Ik wenste haar sterkte in plaats van een fijne vakantie.
Van zoveel treurnis word ik vanzelf balorig. Iedereen aan de winterdepressie? Dan gaan wij voor tropisch. Dus eten we nasi vanavond. Mét saté, en pindasaus.
Ik griste twee preitjes uit het rekje voor de épicerie (in die droeve markt had ik geen zin meer) en repte me naar huis, rechtstreeks naar de keuken.
“Zeg, waar zijn m’n sigaren?”, vroeg de echtgenoot een half uurtje later.
“Waar ze altijd liggen”, antwoorde ik verstrooid.”
“Mooi niet.”
“Dan zullen ze nog wel in m’n tas zitten. En als je toch niks te doen hebt, geef me asje even een pollepel aan.”
De echtgenoot trok de bedoelde keukenlade open en haalde er een pollepel uit. Plus een doosje sigaren.
“Ik zeg niks”, grijnsde hij en maakte zich uit de voeten. Een Indische maaltijd zet hij liever niet op het spel met cynisch commentaar.

Let op: de bedoeling is dat alles zo’n beetje gelijktijdig klaar is.
Dat betekent dat je door elkaar aan drie verschillende gerechten werkt. Eerst de saté in de marinade zetten en de rijst koken, daarna aan de rest beginnen. En verder naar eigen inzicht een beetje heen en weer sprinten.
Wederhelften uit de keuken verbannen.

Ingrediënten:

Voor los erbij:
4 eieren
1 kleine komkommer
2 tomaten
wat blaadjes sla
kroepoek

Voor de saté:
4 ons kip- of kalkoenfilet
2 eetlepels ketjap manis (zoete ketjap)
scheutje plantaardige olie
klein scheutje azijn
¼ gevogeltebouillontablet
1 theelepel djaheh (gemalen gember)
½ theelepel ketoembar (gemalen koriander)
½ theelepeltje djintan (gemalen komijn)
½ theelepeltje sambal
1 grote teen knoflook (uit de knijper)

Voor de nasi goreng:
300 gram langkorrelige witte rijst
200 gram kip- of kalkoenfilet
2 eetlepels ketjap manis
2 eetlepels plantaardige olie
2 preitjes
1 ui
2 tenen knoflook
2 theelepels gember
1 theelepel koriander
½ theelepel komijn
½ theelepel kurkuma (geelwortel of koenjit)
1 theelepeltje sambal

Voor de pindasaus:
1 dl water
½ dl zoete ketjap
5 eetlepels pindakaas
2 tenen knoflook
2 theelepels sambal

Bereiding:

Van de saté:
Snij de kip- of kalkoenfilets in blokjes.
Maak in een schaal een marinade van alle ingrediënten (goed door elkaar roeren), meng de kip- of kalkoenblokjes er doorheen, dek af met folie en zet minstens een uur in de koelkast. Ga intussen verder met het bereiden van de rest.
Nadat de saté is uitgemarineerd, de blokjes aan prikkers rijgen en op kamertemperatuur laten komen. Bak ze daarna op (of onder) de grill – of met een scheutje olie in de koekenpan – knapperig en gaar. Zet ze weg en hou ze warm.

Van de nasi goreng:
Breng de rijst aan de kook met ruim water (het water moet een vingerkootje boven de rijst staan) en draai het gas uit; de rijst wordt later droog gestoomd.
Wie geen stoompan heeft kan de rijst op heel laag vuur onder voortdurend omroeren gaar koken, maar da’s een hoop werk en minder lekker.
Pel en snipper de ui, pel de knoflooktenen, snij de preitjes in dunne ringetjes (alleen het wit en dan zonder de buitenste bladen) en snij de kip- of kalkoenfilet in kleine stukjes.
Meng de droge kruiden in een bakje door elkaar.
Doe de olie in een ruime braadpan (er moet straks nog rijst bij kunnen) en laat heet worden, doe de kip- of kalkoensnippers erbij en bak ze snel aan. In het begin plakken ze even aan de bodem, maar dat gaat vanzelf over. Roer ze even om en vis ze uit de pan, zet ze weg.
Bak de ui aan in het bakvet van de kip- of kalkoenblokjes, knijp de knoflooktenen erboven uit en roer even om. Doe de ketjap, de droge kruiden en de sambal erbij en roer alles door elkaar, roer de kip- of kalkoenblokjes er doorheen. Roer snel de preiringetjes erdoor, doe het deksel op de pan en draai het vuur uit.

Van de pindasaus:
Pel de knoflooktenen.
Doe het water en de ketjap in een pannetje en zet op laag vuur. Roer er de pindakaas in los, als het vocht warm begint te worden. Knijp er de knoflooktenen boven uit, doe de sambal erbij, en roer tegen de kook aan tot een mooie gladde saus. Laat alles nog even onder goed roeren doorwarmen (niet koken!). Proef op smaak en voeg eventueel nog wat van één van de ingrediënten toe tot je het zelf echt lekker vindt.

Stoom intussen de rijst droog en gaar in de stoompan. Warm de nasiprut weer op en schep de hete rijst erdoor. Eventueel nog een scheutje olie erdoor en even laten aanbakken tot alles heet is.
Bak in een koekenpan 4 eitjes.
Schil en snij de komkommer en de tomaat in plakjes.

Versier de borden met een blaadje sla met daarop de plakjes komkommer en tomaat. Verdeel de sateetjes over de borden, en schep er naar eigen inzicht en trek nasi naast. Leg er een gebakken ei op. Geef de pindasaus en de kroepoek er los bij. En trek voor de verandering eens een biertje open. Al voegt een glaasje koude rosé ook prima. Maar thee mag ook hoor, dat blust meteen de sambal een beetje.

4 gedachten over “Recept van de week: Winternasi”

Laat een antwoord achter aan Renée Vonk-Hagtingius Reactie annuleren

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

Of reageer met je Facebook account

Scroll naar boven