Concertgebouwbos

do 9 augustus 2018

“We hebben een woestijnrat in de tuin!” riep ik opgewonden tegen de echtgenoot.
“Dan zal het wel warm zijn”, was het laconieke antwoord, terwijl de buitenthermometer 36 ºC in de schaduw aangaf.
“Laat maar.” Ik had net op internet nagekeken wat dat ratachtige bruin/witte beestje was dat als een mini-kangoeroetje weghipte toen ik de vogeltjes ging voeren. Dat laatste moet ik misschien even uitleggen: ik voer de vogeltjes vier seizoenen lang. Niet omdat ze anders omkomen van de honger, maar omdat ze dan in de buurt blijven. In het bos rondom het huis leven veel boomklevers (sittelles), kleine kleurrijke vederdosjes die prachtig kunnen zingen. Het zijn geen trekvogels, dus ze zijn er het hele jaar, en als ze eenmaal een aantrekkelijk stekkie gevonden hebben blijven ze op die plek. Vandaar dat ik ze in alle jaargetijden verwen – met vetbollen, met pinda’s – waardoor we ‘s ochtends met schitterend gezang worden wakker gefloten en ’s avonds een prachtconcert als toegift krijgen. Helaas trekt dat lekkers ook Vlaamse g(r)aaien aan; dat is minder, want die lui gaan tekeer als hooligans bij een uitwedstrijd. Maar als de kat onder de voederplank gaat liggen (ja ja, hoog genoeg, hij kan er niet bij) nemen ze krijsend hun verlies. De razendsnelle boomklevertjes trekken zich van die weldoorvoede lome lustmoordenaar niks aan en gaan onverstoorbaar hun gang. Ze pikken een gaatje in een pinda zodat ze ‘m vast kunnen pakken, vliegen ermee naar een van de oude eiken, klemmen de pinda in een gleufje van de schors en smullen maar. Ze laten er ook weleens eentje vallen, en daar was dat woestijnratje (dat heet hier een gerbille) waarschijnlijk op afgekomen. En ja, die komen hier gewoon in het wild voor, al worden ze ook gefokt als huisdier, ze schijnen zelfs best aanhankelijk te kunnen worden. Maar ik gruw bij de gedachte van zo’n beestje in een kooitje. Intussen laat ik wel af en toe ‘per ongeluk’ een pinda vallen om te kijken of ie terugkomt. Zou ik wel leuk vinden, ik ben tamelijk dol op het leven in ‘ons’ bos. Daarom maak ik me ook zorgen over de paddenpoel naast de rivier achter het huis. Door de aanhoudende droogte is het waterpeil angstaanjagend gedaald en hebben we al sinds het voorjaar geen pad meer horen brullen, terwijl dat toch voor flink wat nachtelijk vertier zorgde. En er is ook iets raars met de vogels en met de krekels. Zo om half zeven ’s ochtends begint hun concert met uitbundig getjilp en prachtige rollers. Klokslag half negen is het afgelopen en nemen de krekels (cicaden eigenlijk) het over. Bij het vallen van de avond houden die het weer voor gezien en komen de flierefluiters een slotconcert geven. Maar om kwart over negen – je kunt er je horloge op gelijk zetten – is het afgelopen. Alsof zo’n strenge dirigent als Bernard Haitink de boel heeft afgetikt. Daarna: doodse stilte. Geen vergisriedeltje, geen krekelkraakje, geen na-kwaak. Leg het mij maar uit.
Intussen is er – terwijl ik dit optik – een hels onweer losgebarsten en zijn de hemelsluizen wagenwijd opengezet. Ik trek alle stekkers eruit, één donderklap is voldoende voor een ‘chômage technique’. En zie maar weer eens snel aan een nieuw internetkastje te komen. Maar zo’n hoosbui was wel broodnodig. Misschien gaan de vogels en de krekels dan ook wel weer normaal doen. En wie weet krijgen zelfs de padden weer een volle poel. En wij weer een brulconcert.

10 gedachten over “Concertgebouwbos”

  1. Hier (Morvan) hebben we tijden een geluid gehoord wat we maar niet konden plaatsen. Het klonk als het ‘ping’ geluid van een sonar op zoek naar duikboten met telkens een paar seconden ertussen. Uiteindelijk wordt je er knettergek van omdat je het niet kunt plaatsen. Uiteindelijk wist een Fransman ons te vertellen dat het een hele kleine gronduil is, dus toen konden we weer rustig slapen.

  2. Antje Keller-van Mol

    Wat een heerlijk verhaal en wat ben jij RIJK in het zuiden met al die mooie geluiden om je heen’
    Vooral dat geluid van o.a. de krekels.
    Prachtig!
    Geniet er met volle teugen van!
    Je bent een bevoorrecht mens om daar te wonen!

    !

      1. Wouter van Zuilekom

        Een U.P.S. is een noodstroomvoorziening. Lijkt me voor het onweerprobleem geen oplossing. Alle stekkers er uit inderdaad. Het vergeten heeft me mijn airco en tv gekost, jammer maar helaas.

Laat een antwoord achter aan Kijk, Zuid-Frankrijk! Reactie annuleren

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

Of reageer met je Facebook account

Scroll naar boven