De Franse haan, afblijven!

do 12 september 2024

Caspar Visser ’t Hooft is schrijver, columnist en bedenker van de veelgelezen site www.schrijverinfrankrijk.nl met bijdragen van tal van geroemde auteurs.

Door Caspar Visser ‘t Hooft

Veel Nederlanders zien van Frankrijk alleen maar de wijde landschappen waar ze doorheen spoeden op weg naar hun vakantiebestemmingen. Goed, ze doen af en toe een weekendje Parijs, maar dat is van een andere orde. Parijs is één ding, een ander ding is Frankrijk. Nee, wie Frankrijk zegt, ziet glooiende bosranden voor zich, brede valleien, verre perspectieven, met hier en daar, netjes in het landschap verspreid, boerenhoeves. Ja, en vanwege deze boerenhoeves denken Nederlanders-op-reis dat Frankrijk een overwegend agrarisch land is, en dat alle Fransen zo niet boeren zijn – ‘boertjes’ zeggen kwade tongen – dan toch zich sterk met de boeren verwant voelen. Een groter vergissing is er niet. Niet meer dan anderhalf procent van de Franse bevolking werkt in het boerenbedrijf, en zelfs wanneer hun grootouders nog op het platteland woonden, dan weten de meeste Fransen even weinig meer van het boerenbedrijf als de Nederlanders. Zoals die Franse mevrouw die aan de boer vroeg om bij het maaien de madeliefjes te sparen.

Madeliefjes

Hij moest er om lachen. De Franse boeren verbazen zich nergens meer over. Die stadsmensen! Toen ik het hem hoorde vertellen, was ik minder mild. Ik dacht: hoe kan zo’n mens zo dom zijn! Denkt ze dat een tractor zo om elk madeliefje heen kan manoeuvreren? Als de boer ons stukje land komt maaien, dan is het al lastig genoeg voor hem om de paar rotsen die boven de grond uitsteken te omzeilen. De drie balen hooi die het maaien bij ons oplevert zijn voor hem, en bovendien krijgt hij er van ons wat bovenop. We zijn allang blij wanneer wij ons veld mooi en strak gemaaid daar zien liggen. Spaar de madeliefjes! – hoe haalt ze het in haar hoofd?

Geluiden

Goed, dit is natuurlijk nogal onschuldig. Anders zou de boer ook niet hebben gelachen. Minder amusant is wat je elk jaar weer in de Franse streekkranten kunt lezen, over toeristen die klagen over het kraaien van hanen. Ze hebben een optrekje gehuurd op het platteland, na de drukte van de stad willen ze stilte, ze vinden dat die hanen de stilte verstoren. En als het niet de hanen zijn, dan zijn het de koeienbellen, of anders de kerkklokken. Nee, het platteland is niet stil, nooit geweest. En toch, wat zijn die geluiden toch vriendelijk en rustgevend, alleen al omdat ze je verbinden met vroegere generaties die alle met deze geluiden vertrouwd waren. Ja, dat geeft rust, omdat het je de betrekkelijkheid van de dingen doet inzien. We doen dan wel alsof alles met ons begint en eindigt – en dat schept overspanning – maar we zijn eigenlijk maar schakels in een lange keten van opeenvolgende generaties… En trouwens, hanengekraai, koeienbellen, kerkklokken – het is altijd minder geluid dan het gedreun, gestamp, geraas van een stad. Toch?

Een haan genaamd Maurice

Een paar jaar geleden spande een bejaard stel uit de grote stad een proces aan tegen een buurvrouw, Madame Fesseau, omdat haar haan volgens hen te vroeg ’s ochtends – dat wil zeggen om half zes – met kraaien begon. De haan heet Maurice. De affaire speelde zich af op Île d’Oléron en haalde de koppen van de nationale pers. Het is niet helemaal duidelijk hoe het is afgelopen, ik heb de indruk dat de zaak nog steeds hangende is, maar één ding is duidelijk: Maurice kan rekenen op de sympathie van het overgrote deel van de Fransen. Ja, dat nog wel. De ‘Franse haan’ – daar blijf je af.

1 gedachte over “De Franse haan, afblijven!”

Laat een reactie achter

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

Of reageer met je Facebook account

Scroll naar boven