Efficiëntie staat – zoals wij allen weten – niet in de eredivisie van het Franse denken. Geeft niks, een bijdrage aan de amusementswaarde van het land. Voorbeeldje: ik hoorde over een relatieve massademonstratie voor de rechtbank in Gap (Hautes-Alpes). Ik ben daar weleens geweest, geen onaardige stad met iets 45.000 mensen die het lukt er te overleven. Op 750 meter hoogte. Ik herinner me een prima lunch in Le Bouchon op La Placette.
Ik meende dat die demonstratie zou gaan over het gesloten houden van de ski-stations in de buurt. Nee hoor, het draaide om een wolvenstaart.
De burgemeester Jean-Marie Bernard was voor de kadi gedaagd omdat hij een tijdje geleden de staart van een wolf aan de toenmalige prefecte Cécile Bigot-Dekeyzer cadeau had gedaan.
Toen dat bekend werd, was de beer los. Althans in kringen van dieren- en milieubeschermers. Die zich tot justitie wendden. De wolf is een beschermde diersoort, het bezit, het vervoer of de overdracht van een wolf is illegaal.
En dus moest de burgemeester zich voor de rechter komen verantwoorden. Op straat gesteund door luidruchtige schapenboeren die het met de wolf hoe dan ook wel gehad hebben omdat teveel schapen het loodje leggen.
De burgemeester legde – als beschuldigde – aan de rechter uit dat hij ‘Mme la prefecte’ helemaal geen surprise had toegestopt, maar dat het ging om een politiek ‘statement’. Zodat ze in Parijs, vertegenwoordigd door die prefecte, eindelijk zouden snappen dat de wolf in de Hautes-Alpes in elk geval voor de ‘bergers’ (herders/schapenboeren) een serieus probleem is.
De schapenboeren, gesteund door jagers bij die betoging voor de rechtbank in Gap aanwezig waren, eisten vrijspraak voor de burgemeester.
De rechter gaat nog een tijdje over zijn vonnis prakkezeren, en neemt alle tijd voor de ‘Affaire queue de loup’.
Het is me wat.
Bij alle rechtbanken in Frankrijk stapelen de dossiers zich op. Corona-vertraging, stakende advocaten, moordzaken blijven even liggen, de druk neemt met de dag toe. Maar in de Hautes-Alpes alle tijd voor een wolvenstaart.
Als je een tijdje in Frankrijk rondhangt, verbaast weinig je meer. Ik ben eraan gewend geraakt, rare prioriteiten en geen idee van wat echt en efficiënt voorrang verdient.
Erom lachen is het beste. Tenzij je zelf in die Franse mallemolen doorgedraaid raakt. Dan valt er weinig meer te lachen.
Door Peter Hooft
Dit bericht delen op: