Oké, ik geef het eerlijk toe, ik heb een beetje gesmokkeld. In een van m’n favoriete Italiaanse gerechten gaat namelijk ook een scheut ketjap. Ketjap! In de Italiaanse keuken! Mag dat wel? Is dat niet het je toe-eigenen en mixen van wel twee culturen tegelijk? Of misschien wel drie, als je het Franse terroir meerekent, of vier (of vijf, zes, zeven, en meer…) als je alle landen waarin ketjap in de keuken hoort meetelt. Dus ik vond dat het wel kon. En mijn receptvariant vind ik beslist lekkerder dan het origineel. Bovendien is die smaakmakende sojasaus gewoon in de schappen van de Franse en Italiaanse supermarkten te koop. Ongetwijfeld ooit verspreid door globe-trottende Nederlanders die – sinds ze halverwege de vorige eeuw massaal het buitenland ontdekten – de ketjap samen met het potje pindakaas en de hagelslag overal mee naartoe sleepten. Tja, daar speelt een béétje slimme supermarktketen natuurlijk op in. Ik ben er maar wat blij mee dat ik niet (meer) afhankelijk ben van welwillend bezoek uit Nederland dat nu hoe dan ook niet op bezoek mag komen. Met een beetje pech gaan we ook hier in Le Var binnenkort in lockdown en dan kunnen ook de vrienden uit de buurt (nee nee, niet meer dan twee tegelijk) niet meer aanschuiven. Samen koken via Zoom of Teams? Mwah, dat wordt niks, ik ben een nogal chaotische koker. Ik geef dus maar gewoon het recept. Bon app!
Ingrediënten:
400 gram biefstuk
250 gram sugar snaps (of hariots verts)
1 stronkje broccoli
handje sesamzaadjes
1 uitje
3 tenen knoflook
1-2 eetlepels balsamico-azijn
1-2 eetlepel(s) zoete ketjap
olijfolie
zonnebloemolie
peper uit de molen, eventueel zout
Bereiding:
Pel en snipper het uitje, pel de knoflooktenen en snij ze in dunne plakjes.
Verdeel de broccoli in kleine roosjes, Bewaar de dikke steel, je kunt er nog een heerlijk soepje mee maken.
Breng in een ruime pan water aan de kook en gooi de broccoliroosjes erin. Voeg er na een minuut of twee de sugar snaps aantoe. Bij gebruik van haricots verts is het precies andersom: eerst de bonen (in stukjes), dan pas de broccoli. Laat de groenten tot beetgaar koken (zo’n vijf minuten), doe ze in een vergiet en laat uitlekken.
Snij intussen de biefstuk in dunne plakjes, daarna in reepjes.
Verhit een scheut zonnebloemolie in een ruime koekenpan en bak de biefreepjes er snel in aan; ze moeten aan alle kanten dichtgeschroeid zijn. Draai het vuur laag, giet de balsamico-azijn en de ketjap erbij en laat alles zo’n vijf minuten sudderen tot de jus is ingekookt. Strooi de sesamzaadjes erover, meng even door elkaar en draai het vuur uit.
Zet een wok (of een andere ruime koekenpan) op het vuur en verhit er een scheut olijfolie in. Bak er snel het uitje in aan, laat de knoflook op het laatst even meebakken. Doe de groenten erbij en laat die op hoog vuur een minuutje of twee meebakken. Voeg het vlees plus de vleesjus toe, laat nog even onder af en toe omscheppen doorbakken tot alles goed warm is. Serveer meteen. Lekker met rijst, pasta of gewoon stokbrood. Plus een vrolijk glas fruitig rood, of een zonnig glas rosé, als het weer er aanleiding toe geeft.