Gewoon, super

do 23 februari 2017

2009-00004

Voor het eerst sinds lang weer eens naar Saint-Tropez geweest. Werk hoor! Niet vanwege lentekriebels die een onbedwingbare lust tot flaneren langs de superjachten van de rich & famous afdwongen. Maar een interview, met een dame die die lui allemaal kent, en aan een touwtje heeft. Voor haar hangt dat touwtje bij wijze van spreken overal ‘uit de brievenbus’. Personal assistant heet wat ze doet, en ze is er zó goed in dat niemand die St.Trop’ aandoet om haar heen kan. Heeft even geduurd voor ze die status bereikt had: “in het begin was het meer huilen dan lachen” erkent ze ruiterlijk, nuchtere Hollandse zonder kapsones. Wandeldend door ‘haar’ dorp, wees ze aan wat er recent veranderd was. “Daar! De gloednieuwe Chanel-shop. Dé boutique van heel Frankrijk! Hier komt àlles dat geld heeft.” Een statige oude villa, geheel verbouwd, en je moet er binnen door beveiligingspoortjes die – vermoed ik – al gaan gillen als je creditcard nog iets te warm is van vorige aankopen. Tegenover die shop het al even gloednieuwe Hôtel de Paris met behalve een fraai kunstwerk ervoor (de op z’n handen staande zwartbronzen ‘swimmer’ met gouden badmuts van Carole Feuerman) tal van vrolijke voluptueuze sculpturen van Niki de Saint-Phalle in de hal, en een imposante te moderne Rolls voor de deur. De meegekomen fotograaf schoot verlekkerd plaatjes. Ik keek met genoegen toe hoe de chauffeur met veel knap steek- en draaiwerk de mastodont uiteindelijk door de benarde toegang van de privé-parkeergarage wist te manoeuvreren. Wat daarachter kwam, hadden we al meegemaakt; minimale passages met veel te krappe draaien naar lagere parkeerlagen, waar zelfs een Fiat Panda nog in de problemen zou raken.
Voor het hotel strekte zich een modern gedachte steenvlakte uit, de nieuwe entree van Saint-Tropez, met aan de verre overkant de oude gendarmeriepost waar de klassieke lachfilms met Louis de Funès ooit waren opgenomen en die voorheen een speurtocht door nauwe straatjes vergde om er te komen. Ik had er in het verleden met genoegen door de raampjes gegluurd om de authentieke setting te zien. De oude platanen voor de deur waren gerooid, de gevel stond strak in de verse stuc en er was binnenin een net iets te commercieel museum gehuisvest; er viel weinig meer te lachen.
We wandelden door en streken neer op het terras van het befaamde Senequier aan de haven om verder te praten. Nog geen seizoen, dus lekker rustig, maar evengoed wel bijna 23 euro kwijt voor twee flesjes water en een kopje koffie. Was dit nou het vissersdropje waar Brigitte Bardot ooit verliefd op was geworden en nooit meer weggegaan? Van m’n gesprekspartner begreep ik dat ze deur van haar nabij gelegen landgoed La Madrague niet meer uitkomt, geen zin meer. Ik kan haar geen ongelijk geven. Zal ook wel te maken hebben met het gegeven dat ik sinds ik in Zuid-Frankrijk woon, verworden ben tot een onvervalste plattelandse. Zo’n uitstapje naar de ‘bewoonde’ wereld is leuk, tuurlijk! Maar o, wat was ik weer blij om m’n eigen gehuchtje van niks binnen te rijden. En dan dwars er doorheen, naar een stekkie van ‘quatre fois rien’, met een ruisende rivier achterlangs zonder superjachten. En toen ik even later de kaplaarzen aanschoot en langs de oever banjerde, zag ik wel mooi een koppel eenden afmeren. Da’s pas super, vond ik, en klom tevreden de heuvel op naar huis, waar op het zonnige terras een glaasje gekoelde rosé op me stond te wachten. Echt, daar kan geen Saint-Trop’ tegenop.

2 gedachten over “Gewoon, super”

  1. Zien en gezien worden …… Ik zou er doodongelukkig van worden.
    Zelfs voor een klein uitstapje zou ik er geen zin in hebben. Geef mij maar die eendjes in de beek en dat glas rosé op eigen terras.
    A la votre!

Laat een reactie achter

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

Of reageer met je Facebook account

Scroll naar boven