Het diepere zuiden (2)

ma 17 juni 2024

Marcel Reimer is art director van o.a. Côte & Provence en En Route. Ook is hij fotograaf.

Camurac en de Pyreneeën van de Aude en Ariège hebben mijn hart gestolen. Sinds ik Marjon en Rodrique Clijsen van Hotel Château de Camurac heb leren kennen, kom ik er regelmatig vakantie vieren. Er valt ook zoveel te ontdekken. Château de Camurac is dan ook de perfecte uitvalsbasis. De kamers en appartementen van het hotel zijn eenvoudig, maar sfeervol ingericht en de keuken is uitstekend. Je voelt je er direct thuis. In de vorige aflevering van deze mini-serie had ik het over de katharenkastelen en Rennes-le-Château. Ditmaal belicht ik een van de mooiste grotten in deze regio, de Cavernes de Niaux.

Mijn reisgenoot heeft een bijnaam. ‘Foto-Piet’ wordt hij liefkozend genoemd. Ik ben lange tijd lid en voorzitter geweest van de beste fotoclub van het Kennemerland en ik ging graag met Piet op stap. Hij zag schoonheid in de simpele dingen zoals in zijn eigen achtertuin. Nu rijden we samen door de Pyreneeën en de ene ‘oooh’ volgt de andere ‘aaah’ op. Vaak zeggen we tegen elkaar: ‘Stop, fotomomentje.’ De auto wordt dan aan de kant gezet, de camera’s tevoorschijn gehaald, waarna we alles vastleggen wat ons boeit en blij maakt.

Potje prehistorie

Camurac ligt bijna op de grens van de Aude en de Ariège. Liggen de katharenkastelen veelal in de Aude, in de Ariège hebben ze de prehistorie uitgevonden. Wie kent niet de grotten van Lascaux of die van Tarascon-sur-Ariège? Maar er zijn er zoveel meer! Wij kregen van hotelmanager Rodrique de tip om vooral naar de Cavernes de Niaux te gaan. Spectaculair, niet zo toeristisch, en met een parkeerplek vlak voor de ingang. Wat wil een mens nog meer?

Parkeerplaats voor de ingang

Rodrique heeft altijd gelijk, neem dat van me aan. Niaux is een ervaring om nooit meer te vergeten. Na het parkeren van onze bolide kopen we een toegangsbewijs en wachten geduldig op onze gids. Je mag namelijk niet zomaar naar binnen. Men heeft de lessen van Lascaux wel geleerd. Door de drommen toeristen en hun uitlaatgassen zijn de rotstekeningen beschadigd zodat men zelfs een kopie van de grot heeft moeten maken om het origineel voor verdere aftakeling te behoeden. In de grotten van Niaux ga je in kleine groepjes naar binnen om het microklimaat niet te veel te verstoren. Je krijgt bij binnenkomst allemaal een lantaarntje, maar die mag je slechts ontsteken na toestemming. De gids (met lampje) neemt de leiding en wijst je de weg door de oeroude gangen. Je loopt over de duidelijk herkenbare bodem van een ondergronds meer. Hier heeft ooit water gestaan. Tegen de wanden graffitti. Uit 1649, 1812 … Louise was here. Geweldig! Toch zijn de grootste schatten pas in de 20ste eeuw ontdekt. De grot wordt vanaf 1906 serieus bestudeerd. In 1911 krijgt het zelfs de status van monument historique. De gids neemt ons mee, steeds verder in de ingewanden van deze berg. Om een hoek de eerste tekenen van prehistorische aanwezigheid. We worden strepen gewaar. Rood en zwart. Alsof de kunstenaars van weleer een bewegwijzering hebben aangebracht. We gaan verder, verder … en dan is daar de Salon Noir en mogen we zelf onze lantaartjes aandoen. Wat je dan ziet geeft me nog steeds kippenvel en een grote brok in mijn keel. De paleolithische mens, beter gezegd de magdalénien, heeft in deze immense zaal een museum gesticht met louter meesterwerken. Tussen 17.000 en 12.000 jaar geleden beeldden zij de prehistorische fauna af en hun rood-zwarte handschrift wordt nog eens versterkt door het relief van de kalkstenen rotsen. Ik ben sprakeloos.

Graffitti avant la lettre

Bison, grottekening van de magdalénien in de Salon Noir

Veel te vroeg komt er een einde aan de rondleiding, maar de gids heeft nog een mooi verhaal in petto. Tijdens redelijk recent onderzoek van de grot is er een gang ontdekt (Réseau Clastres) met daarin voetsporen van volwassenen en kinderen! Onderweg terug naar het hotel zijn we maar weinig fotomomentjes tegengekomen.

Broodje frikandel

We moeten het even laten bezinken. Gelukkig schijnt de zon op de gevel van het Château de Camurac. We ploffen neer op het uitnodigende terras. Marjon – de prinses voor de inwendige mens – vraagt hoe het was en of we wat willen eten. Wij houden het bij een pastis en een broodje frikandel. Mét mayonnaise …

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

Of reageer met je Facebook account

Scroll naar boven