In mijn omgeving gaan ze in deze tijd van het jaar graag de bossen in om paddenstoelen zoeken. Natuurlijk heeft iedereen zo z’n favoriete en tevens geheime plek in het bos voor de grootste oogst. Ik ben weleens meegeweeest, maar ik ben niet zo van de zwammen. En je hebt er giftige tussen.
Destijds kon je ermee naar de pharmacie om te laten nagaan of je bosverovering eetbaar was of juist niet. Of dat nog zo is, weet ik eigenlijk niet. Ik weet wel dat je met champignons best iets lekkers kan maken. Oordeel zelf.
Ingrediënten
- 6 grote champignons van elk zo’n 40 gram
- 40 gram mager spek
- 1 sneetje wittebrood
- 3 eetlepels olijfolie
- 1 eetlepel fijngehakt ui
- 1 teentje knoflook, ook fijngehakt
- 1 eetlepel fijngehakte peterselie
- zout en peper
Bereiding
Was de hoedjes en de steeltjes; hak de steeltjes fijn.
Verwarm de oven voor op 200°C.
Snij het spek in zeer dunne reepjes en laat ze in kleine koekenpan 3 à 4 minuten uitbakken. Laat ze uitlekken in een kleine zeef en houd ze apart.
Haal de korst van het sneetje wittebrood af en snij het in kleine dobbelsteentjes.
Verhit 1 eetlepel olijfolie in de koekenpan het spek en laat de broodblokjes rondom kleuren. Laat ze uitlekken.
Verhit 1 eetlepel olijfolie in een kleine pan. Voeg 1 eetlepel ui toe en laat de snippers fruiten.
Doe de fijngehakte champignonsteeltjes en de knoflook in de pan en laat alles – al roerend – zachtjes fruiten.tot al het vocht is verdwenen.
Haal de pan van het vuur en voeg de spekjes, de peterselie en het brood toe.
Breng het geheel op smaak met zout en peper.
Bestrooi de champignons met zout en peper en vul ze met het mengsel. Leg de champignons in een vuurvaste schaal, besprenkel ze met 1 eetlepel olijfolie en zet ze 25 minuten in de voorverwarmde oven.
Dit was erg lekker, alleen ga ik de volgende keer grotere champignons gebruiken.