In de Luberon (Vaucluse) zijn de dorpjes Gordes, Lourmarin, Roussillon, Oppède en Menerbes zo vermaard dat geen toerist erom heen kan. Maar waarom wordt Goult dan nog zo vaak overgeslagen? Prachtig mooi oud, centraal gelegen in het Parc naturel régional de Luberon, bijna 1.500 inwoners en qua sfeer ultiem Provençaals.
In Goult kom je hoe dan ook in Café de la Poste terecht. Een aardige Madame aan het hoofd van een oer-Provençaals café (met terras), zo’n ‘bistrot de pays’ waar het goed toeven is. En niet alleen qua voedsel & drank. De stevige ‘formule du midi’ oefent dan ook een heel begrijpelijke aantrekkingskracht uit op bouwvakkers, landarbeiders en de ‘fonctionnaires’ van de mairie; die ‘locals’ weten wel waar je voor de inwendige mens moet aanleggen. Geldt trouwens ook voor de Engelsen, met hun prullaria- en antiekwinkels in het hoofdstraatje. Zij hebben Goult in de jaren negentig min of meer geadopteerd en zijn er nooit meer weggegaan. Gelijk hebben ze. En zo ongeveer iedereen in het dorp komt er ’s ochtends even voor een café crème met een croissantje van de bakker en na gedane arbeid voor het apéro. Zoals het betaamt in de Provence en niemand zou opmerken dat die lange buitenlander die aan de bar een cappuccino bestelde de minister-president van Nederland is.
VVD-top naar de Luberon
Wat had Marc Rutte in vredesnaam in Goult te zoeken? Nou, daar woont (of woonde) Ben Verwaayen, de ex-ceo van British Telecom en Alcatel en tevens een zeer invloedrijke VVD’er. Voor de zogeheten ‘Goult-sessies’ kwam de top van de partij graag naar de Luberon. En gelijk hadden ze, die mensen. Of het verkiezingsprogramma er zonniger van werd, weet ik niet.
Loop vooral de kerk binnen!
Zoals alle dorpjes in de Luberon ziet Goult terug op een lange geschiedenis. De oude stenen in de lekker sfeervolle, prima gerestaureerde smalle straatjes getuigen ervan. Net zoals de restanten van het 17e eeuwse kasteel. Je hebt er trouwens ook nog het in topconditie verkerende Château de la famille d’Agoult, privé-bezit, je mag er niet zomaar even naar binnen tippelen, nooit eigenlijk. Maar dan is er altijd nog de Romaans-Gotische kerk uit de 12-13e eeuw. Beslist de moeite van het binnenkijken waard, zelfs als je niet zo ‘religieus’ bent. Want sublieme kunst!
En daarna, of na de lunch, ga je natuurlijk even wandelen. En dan kies je bij voorkeur het zogeheten Conservatoire des Terrasses de Culture. Weinig bekend en al net zo min bemind. Je zou het allerlaatste stukje dorp kunnen noemen dat nog van de dorpelingen is. Heel af en toe kom je een verdwaalde toerist tegen die onderweg eerst nog de unieke Moulin Jérusalem tegen kwam. Een graanmolen uit circa 1750, in de jaren negentig door de gemeente gekocht, gerestaureerd en nu weer in gebruik. En je passeert ‘bories’, uit de middeleeuwen stammende schuilhutten voor boeren en herders, van zonder specie op elkaar gestapelde natuurstenen. Die mensen werkten vaak ver van huis en hadden onderdak nodig. Die maakten ze zelf. Ze geloofden dat ze in hun borie ook beschermd waren tegen de pest-epidemieën. Dit bleek zelden het geval.
Het dorp houdt van (en onderhoudt) de Terrasses (of restanques, in het Provençaals). Ze lopen trapsgewijs van boven aan het dorp tot helemaal beneden aan de D60. Je zou het een door de mens gecultiveerd groen amfitheater kunnen noemen. Het onderhouden van de olijfgaarden, de paadjes schoonhouden, stenen terugstoppen in omgevallen muurtjes, het wordt allemaal gedaan door de bevolking van Goult. Vijf hectares puur natuur met waterputten, olijf- en amandelbomen. Een organisch gegeven, met de mens meegegroeid sinds de 18e eeuw. Volledig ‘plein sud’, beschermd tegen vrieskou en de mistral.
Boven dit artikel staat: de geheimen van Goult. U weet nu welke dat zijn. Moet u ook nog even weten dat er – in het seizoen – elke donderdag een markt is.
Een wandeling van drie uur
Het ING (Institut National de l’Information Géographique et Forestière) heeft een makkelijke wandeling van ongeveer 3 uur uitgezet. Begint bij de Moulin de Jérusalem en kronkelt via het noorden naar de zuiderterrassen. Gele routebordjes met didactische aanwijzingen. Je komt langs de bories, de kapel de Notre Dame de Lumières en de boerderij met de rode luiken.
Uit eten
Le Carillon, Avenue du Luberon.
Auberge de la Bartavelle, Rue du Cheval Blanc.
La Terrasse, Rue de la République