Do you play cricket?

do 2 maart 2017

1252-900-x-2006-e1413312795858

Ik was nog amper in mijn nieuwe dorpje ingehuisd, het was terrasjesweer, dus dat dorp moest dringend verkend worden. Je weet maar nooit of er in zo’n mini-gehucht niet toevallig een adresje zit waar lekker gekookt wordt. In het café, waar ik had aangelegd toen de verhuizers nog onderweg waren, had ik meteen al gehoord dat er qua lunch maar één possibilité is: de crêperie schuin boven de parkeerplaats. Men kuste er verlekkerd de vingers bij, maar mij trof die mededeling als een mokerslag. Ik ben niet zo van de crêpes, toen ik nog in Nederland woonde en met kinderen te maken had, reed ik altijd met een grote boog om van die pannenkoekenhuisjes heen. Het zal ermee te maken hebben dat ik een jeugdtrauma heb overgehouden aan een portie poffertjes op een Rotterdamse kermis. Strontmisselijk geworden, waarschijnlijk waren ze gebakken in bedorven boter of zo, je weet het niet. En mijn moeder had het vast goed bedoeld want ze trotseerde toch maar mooi voor mij die kermis, èn het kotskind dat ze eraan overhield. Die afkeer van gebakken deegplakken en -plukken is nooit meer overgegaan en resulteert ook nu nog in een extreem negatief eetadvies als iemand naar mijn mening vraagt. Verdacht voer!
En dan beland je dus vele jaren later in een Provençaals ‘no-where land’. Geen dokter, geen tankstation, zelfs geen pharmacie (en dat wil in Frankrijk wat zeggen). Mij best, overleven we wel. Maar voor de ‘restauration’ alleen maar zo’n gedoemde crêperie? Heel even overwoog ik de verhuiswagen rechtsomkeer te laten maken. Tot de kroegbazin me bijpraatte en vertelde dat die crêperie zo’n crêperie niet was. Er werd ook aan echt voedsel gedaan, maaltijdsalades, tartare de boeuff met friet, langoustines uit de diepvries, ik zou het maar voor het uitkiezen hebben. Zou het?
Op dag drie van de inhuizing, mijn keuken was nog een zooitje (‘punaise, in welke doos zit de knoflookpers?’), was de echtgenoot de woedende opwinding zat: “Meekomen.”
Van buiten zag de crèperie er niet verkeerd uit, klassiek Provençaals pandje, redelijk terrasje ervoor. “Ik waag het erop”, zei ik manhaftig. En een tikkie nerveus toch wel. Wat, als de kaart toch alleen maar over pannenkoeken ging? Demonstratief weglopen zou een belediging zijn. Niet ècht handig als je pas in zo’n dorp rondloopt.
Ik gluurde de omvangrijke eetzaal in; halfvol, dus plek. Maar het weer was te lekker, ik besloot voor het terras te kiezen. De kaart werd gebracht door een bulkbuikige monsieur met een grijs krullenkransje rond het hoofd en een moddervette Provençaalse tongval. Ik beheers die taal – een beetje – maar dan toch vooral het dialect van m’n vorige dorp, dat vanzelfsprekend mijlenver verschilt van wat in m’n nieuwe dorp op een steenworp afstand gesproken wordt. Maar het klikte meteen. Wat we wilden drinken? “Un rosé, bèn oui!” Hij knikte goedkeurend, en overhandigde de ‘gevreesde’ menukaart.
Goddank ‘slechts’ 15 crêpes. En verder allemaal Provençaalse traditionals! Ik koos voor de salade paysanne en begon tien minuten later aan de worsteling met een Eiffeltoren-hoog opgetast bord vol groenten en vleeswaren, tot mijn verbijstering ook nog eens begeleid door een volle bak patat. Eh, nee…, ik kreeg niet alles op en wist ineens weer in welke verhuisdoos ik thuis de rol plastic doggybagzakjes had gezien.
Aan het aanpalende tafeltje zat iemand met een vrij grote zwarte hond die mij wel goedkeurde; die hond dan. Nog nooit zo’n grote doggybag bij de hand gehad, er verdween vrij veel ‘per ongeluk’ onder tafel. Onopgemerkt, dacht ik, tot z’n baas een praatje aanknoopte. In het Engels. Hij had m’n worsteling goedmoedig gadebeslagen en uit onze conversatie afgeleid dat zo’n ‘étrangère’ ook de taal van Shakespeare wel snapt. Had ie gelijk in, maar zijn openingszet was ronduit verbijsterend: “So, do you play cricket?”
Pardon? Nou ben ik sportjournalist geweest, en nog altijd meer dan geboeid door voetbal en wielrennen. Maar cricket? Echt nooit gesnapt hoe dat spel in elkaar zit. Ik nam nog een slok van mijn rosé en vroeg me af: cricket, hier!?
“Not really”, zei ik dus, “but I beleave it is a great sport”, hij knikte al instemmend, “to doze off by on a sunny sunday…” Ik zag zijn glimlach verstarren en bood snel een glaasje rosé aan om de ergste schade te beperken. Waarop hij meteen enthousiast begon uit te leggen dat het dorp over een perfecte cricketbaan beschikt. En over een cricketclub. En dat men spelers tekort komt.
Ja, dank je de koekoek! Een rare Engelse sport in een niemendal gehucht in de Provence van amper 800 inwoners, gemiddelde leeftijd ver boven de 80. Schat ik, ik moet ze nog natellen.
Onderweg naar de grote stad 21 km verderop, kun je dat cricketveld zien liggen. Nog nooit iemand gezien daar. Behalve de chef grasmaaien dan. Ik heb dus later uitgezocht hoe het in vredesnaam mogelijk is dat dit miniatuur gemeente-tje aan zo’n professionele cricketvoorziening komt. Engelse expats, zo bleek, die met wat ponden in de mairie hebben gestrooid, en wellicht zelfs met Brussel hebben gebeld. Zal ze na Brexit niet meer lukken. Maar dat heb ik maar niet tegen de cricketBrit gezegd.
Voor komende zondag staat er zowaar een match op het programma tegen een Britse club uit de Vaucluse, we zijn van harte uitgenodigd. Misschien ga ik wel even kijken. Z’n hond heeft me gered tenslotte. En bij zo’n cricketmatch kun je inderdaad heerlijk in het zonnetje wegsuffen. Wie weet, word ik wel fan. Maar spelen? Dat doe ik wel met m’n teammate: die grote zwarte hond.

11 gedachten over “Do you play cricket?”

  1. Leuk verhaal René. Nee, cricket heb ik ook nooit begrepen. Maar, ik begrijp uit je verhaal dat je onlangs verhuisd bent?
    Groeten, Jan Linnemann.

  2. Hi Renée, meteen lid worden, uniek ‘n cricketveld in zo’n klein dorpje.
    En die regels: al doende leert men en de Britten zullen ware gentlemen zijn voor hun nieuwe aanwinst.
    Mag je na de wedstrijd met de hond spelen.
    Ga kijken dit weekend en word enthousiast.
    Jacqui.

  3. mooi verhaal alweer Renée! Veel succes èn geluk op je nieuwe plekje…en laat dat cricketveld gewoon links liggen: er zijn nog zovele andere mooie dingen te ontdekken zeker weten!

    1. Merci Tine, Ik was al een maandje of wat geleden verhuisd, maar ik vond het toch een te leuk verhaal om niet te vertellen. En nee, cricket is niet mijn ding, geloof ik. Jij ook alle geluk van de wereld op je nieuwe stek!

      1. dank je wel Renée! fijne dag verder en mooi WE ook…Verder ben ik goed op weg om weer gelukkig te worden hier…wordt vervolgd! grts Tine

Laat een reactie achter

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

Of reageer met je Facebook account

Scroll naar boven