In deze rubriek vertellen Nederlanders en Vlamingen over hun keus voor Zuid-Frankrijk.
Even voorstellen
Ik ben Martinke, 67 jaar, woon samen met Patrick. 2 kinderen uit een eerste (Frans) huwelijk en 1 kleindochtertje. Gepensioneerd sinds 2 jaar, na een 33-jarige carrière bij een departementale organisatie ter bevordering van toerisme.
Sinds wanneer in Zuid-Frankrijk?
Ik vertrok in 1976 naar de buitenwijken van Parijs waar ik trouwde met een Fransman en de Franse nationaliteit kreeg. Na 3 jaar vertrokken we naar het zuiden.
Ooit spijt gehad?
Nooit. Ik was allang francofiel en ben vrij snel verfranst.
Waarom Zuid-Frankrijk?
We wilde naar een beter klimaat weg van de grote steden en het hectische leven bij Parijs, vonden via vrienden een baan in een dorpje tussen Marseille en Toulon en werden begin jaren 80 een gezin met 2 jongetjes.
Wat is de grootste charme van Zuid-Frankrijk?
De aard van de bevolking en de natuur. Je doet er lang over echt geaccepteerd te worden, maar als je dat lukt is het leven hier heerlijk tussen de zee en de bergen.
Ingeburgerd?
Meer dan. Ben al jaren totaal verfranst.
Wat is de grootst ergernis?
De villa’s en luxe flats die hier de laatste tijd uit de grond gestampt worden, en vaak unieke stukken landschap voorgoed veranderen.
Contact met andere Nederlanders?
Nooit, met uitzondering van de redactie van Kijk, Zuid-Frankrijk!
Tip voor vakantiegangers?
Naar gelang het jaargetijde zijn hier prachtige wandel- en fietsmogelijkheden. In het binnenland of langs de zee. Hartje zomer is het hier steeds warmer. En zijn dan veel bossen en gebieden gesloten. Altijd even bij het VVV-kantoor navragen wat toegankelijk is en wat niet.
Wat is de favoriete stad aan de Côte d’Azur?
Niet zozeer een stad als wel een gebied: de Var. Ondanks de bekendheid van dit departement is er veel behouden natuur, wijngaarden, olijfgaarden, heuvels en bergen en honderden pittoreske dorpjes.
Ooit terug naar Nederland?
Nee, nooit meer. Ik bezoek nu nog af en toe mijn oude moeder en familie, maar het Nederland dat ik ooit verliet bestaat niet meer. Ik heb nog wat Nederlandse contacten via de sociale media, vooral om de taal niet kwijt te raken, maar voel mij verder een vreemdeling als ik weer eens in mijn vaderland ben.