De zomervisite laat het afweten. Het vooruitzicht om hier in de bloedhitte met een mondkapje op te moeten shoppen of met mondmasker voor in een bus of trein te gaan zitten zweten, vooraf een plekje te moeten reserveren op het strand, in een restaurant op afstand van elkaar te gaan zitten smikkelen, om met allerhande sanitaire voorzieningen in een hotel of B&B rekening te moeten houden: het spreekt ze niet aan, zullen we maar zeggen.
“Maar kunnen we dan niet gewoon bij jou….?” spreekt mij dan weer niet aan. Ik wil best mensen ontvangen hoor, daar niet van. Maar ik run geen gastenverblijf, ook geen eethuis en ik ben al helemaal niet van de entertainmentindustrie; ik heb al een baan, een drukke baan. En ik weet precies hoe het gaat als er iets te nadrukkelijk volk over de vloer is. Lees maar even mee: klik hier. Dus ik vind het eigenlijk helemaal niet zo erg dat de vakantievisite dit jaar tot een minimum beperkt blijft.
Mochten ze Zuid-Frankrijk toch een beetje missen, dan kunnen ze ook gewoon thuis een lekkere Provençaalse hap in elkaar draaien. Voor zover ik begrepen heb, werkt zelfs het weer in het hoge noorden een beetje mee het komende weekeinde.

Ingrediënten:
8 aardappels (vastkokers)
400 gram gekookte garnalen (liefst petits gris)
1 kleine ui
1 teen knoflook
2 stengels bleekselderij
½ bosje verse basilicum
½ bosje verse peterselie
1 volle eetlepel kappertjes
3 eetlepels milde azijn (framboos, cider, o.i.d.)
1 theelepeltje mosterd
5 eetlepels olijfolie
peper en zout

Bereiding:
Schil de aardappels, kook ze beetgaar, laat ze afkoelen en snij ze in blokjes.
Snij de bieslook in reepjes en de peterselie fijn.
Pel en snipper de ui, pel de knoflookteen.
Haal kont en blad van de selderijstengels en snij de stelen in ragdunne reepjes. Bewaar het blad in een plastic zakje met een drupje water in de groentelade van de koelkast; je kunt er nog van alles mee.
Klop het citroensap, de azijn, de mosterd, de olijfolie, en peper en zout naar smaak door elkaar in een ruime kom. Knijp de knoflookteen uit en klop die er ook door.
Voeg de aardappelblokjes, de garnalen, de selderij, de ui, de basilicum, de peterselie en de kappertjes toe, meng alles door elkaar.
Geef er een glas frisse rosé (uit de Provence natuurlijk) bij en wat sopbrood.