Sinds een aantal weken heb ik Arabische les. Ik wil helemaal geen Arabische les, maar madame Mahmoud, de Tunesische dame die me helpt in de huishouding, vindt dat het moet, wegens onderling begrip enzo, dus er is geen ontkomen aan; ik word elke week overhoord. Ze bracht een boekje mee ‘la prononciation de l’arabe en français’, dat veel weg heeft van de fameuze reeks ‘Wat en hoe’ taalgidsjes waarmee je je kunt redden in een buitenland waarvan je de taal niet spreekt, maar in haar boekje staan er ook nog eens die Arabische lettertekens bij. Kleuterniveau, volgens haar, maar voor mij volstrekt abracadabra.
Ik heb het een weekje of twee kunnen uitstellen, werk, druk, maar daarna sloeg ze genadeloos toe. Als ze langs stofzuigert vraagt ze terloops boven het lawaai uit: “comment on dit ‘j’ai des choses à faire laver’ en arabe?” En dan word ik geacht te antwoorden: “Indi Achyé’e Yajibou ghasslaha”. Als ze het boekje gesloten op mijn bureau vindt, bladert ze het razendsnel door en stelt een strikvraag: “Hal ladaÏka qua mouss farançi-arabi. Waarop ze me streng aankijkt in afwachting van de correcte vertaling: “Avez-vous un dictionaire Français-arabe.” Ik weet wel dat het goed bedoeld is, ze is echt heel lief, maar ik word er zo schichtig van, van zo’n onverhoedse aanval op m’n in gebreke blijvende taalvaardigheid.
Ik heb het echt geprobeerd -ik probeer het nog steeds- maar ik krijg die taal niet onder de knie. Ik spreek Frans, Engels, Duits, een beetje Portugees, Spaans en Italiaans, ik spreek zelfs Maleis, maar Arabisch wil m’n kop niet in, blijft ook niet hangen.
Daarom heb ik in arren moede maar een briefje gemaakt, met een paar gangbare termen, grijpklaar in de bureaula, voor als ze komt. Dan begroet ik haar met “Kif hallok?” ‘Hoe gaat het?’, en als het tijd is, vraag ik haar, na snel even gespiekt te hebben, of ze “hal touhibbou an quahwa” wil, ‘een kopje koffie?’ Bij het afscheid zeg ik “masaa alkhayer” ‘bonsoir’ en “shoukran”, ‘merci’. Soms gooi ik er een nieuwe frase in, om de schijn van ijverige student op te houden.
Madame Mahmoud is tevreden: “Tu vois? C’est simple, l’arabe”. Ze moest eens weten.
Dit bericht delen op:
Weer zo’n geweldig “alledaags pareltje”….de herkenning bestaat er deze keer uit, ondanks mijn vroegere taalgevoeligheid, dat ook voor mij geld dat op wat rijpere leeftijd nieuwe input veel moeilijker “blijft hangen”…..
Dag Frits,
Ik heb er ook de tikfouten nog maar even uitgehaald vanmorgen….. schaam schaam.
Kan tegenwoordig toch heel handig zijn, Arabisch.. ;-)
Naâm!