Voor de liefhebbers van de Méditerrane keuken: het is weer vrijdag, dus tijd voor een kersvers recept. Niet echt ingewikkeld en ook met ingrediënten die in Nederland verkrijgbaar zijn, te maken. Zoals al mijn recepten. Meer weten, meer recepten? Klik hier voor mijn kookboeken.
Alle recepten zijn bedoeld voor 4 personen.
Eerlijk is eerlijk, ik kende soffrito (met ff) alleen op z’n Italiaans, en als mirepoix op z’n Frans: een basissaus van ui, wortel en selderij. Maar dankzij de Spaanse sofrito (1 f) van Janneke Vreugdenhil uit NRC/Handelsblad ben ik even gaan experimenteren. Er zijn al tal van sofrito-varianten bekend, want de saus komt voor in zo’n beetje alle zuiderse en exotische keukens. Vanaf vandaag komt daar de mijne bij. En verder raad ik iedereen aan om naar hartenlust verder te experimenteren. Net zo lang tot je je eigen basissaus te pakken hebt.
Kan bij van alles, en overal overheen, van pasta tot en met een boterham met oude kaas.
Ingrediënten:
1 grote ui
1 rode paprika
1 groene paprika
6 tenen knoflook
1 blikje gepelde tomaten (400 gram)
1 bosje bladpeterselie
1 dl witte wijn
1 theelepel harissa (of sambal)
olijfolie
zout
1 blikje tonijn op olie (circa 120 gram, optioneel)
Bereiding:
Pel en snipper de ui. Pel de tenen knoflook. Snij de peterselie fijn (alles, dus ook de steeltjes).
Ontvel de paprika’s. Dat kan op de klassieke manier, door ze onder de dompelen in heet water (werkt zelden goed), door ze in de oven of boven de gasvlam te blakeren (zwarte viezigheid), of door ze in de magnetron te verhitten (zie er het plasticfolie maar weer eens af te pulken). Ik doe het anders: ik schil ze met de dunschiller. Dan moet ik wel in de winkel een paar bolrondige exemplaren uitzoeken zonder diepe plooien natuurlijk, maar da’s wel ‘grote stappen gauw thuis’. Heerlijk!
Haal de stel van en de zaadlijsten uit de paprika’s en snij het vruchtvlees in kleine stukjes.
Doe een ferme -en dan bedoel ik echt een ‘ferme’- scheut olijfolie in een braadpan, laat die warm worden (niet heet!) en doe de ui erbij. Laat op laag vuur fruiten tot de ui goudbruin begint te blozen. Knijp de knoflooktenen er boven uit en laat die een paar minuten mee-fruiten. Doe de fijngesneden paprika en peterselie erbij. Roer goed door en laat alles een paar minuten verder fruiten.
Vis intussen de tomaten uit het blik en snij ze in stukjes. Doe ze bij het mengsel in de pan, inclusief het tomatennat uit het blik. Laat een tiental minuten stoven met het deksel van de pan. Voeg de witte wijn toe, een snuf zout (denk aan een half theelepeltje) en de harissa (of sambal). Laat alles op hoog vuur even goed doorwarmen, doe het deksel op de pan en draai het gas op de laagste stand: een sudderpitje is nog beter. Laat alles een uurtje sudderen, tot het meeste vocht is ingedampt en de saus romig is geworden.
Wie ‘m met pasta eet, kan er (op het bord) geraspte parmesan over strooien.
Wie voor de tonijnvariant kiest: giet de olie uit het blikje en prakt de vis door de warme saus. Parmesan erbij is dan minder geslaagd.
Afgekoeld en in een schone glazen pot, kan de saus minstens een week bewaard worden. Maar dan wel zonder tonijn! Die kan er vlak voor het serveren -als de saus weer wordt opgewarmd- bij gedaan worden.